maandag, februari 28, 2005

Waar of niet waar?

Het heeft niet lang op zich laten wachten. Mijn collega's zijn na amper twee blog-verhaaltjes al in de war geraakt. Zijn de verhalen waar of niet? Zo vroegen ze zich af of ik nu inderdaad in mijn tuin gezeten heb om de vogels te tellen. Op de bureau zei ik 'neen' - maar wat doe je dan met volgend dagboekfragment van half februari??

"De voorbije dagen stonden volop in het teken van de telling. In een Adventure winkel zocht ik een goeie verrekijker en camouflagepakken. In de regionale doe-het-zelf zaak liet ik me zelfs verleiden tot het aankopen van vier plankjes, enkele spijkers én een borstelsteel.
Thuisgekomen probeerde ik mijn twee linkse handen toch te stimuleren tot een creatief moment. Met de steun van de ganse familie slaagde ik erin een soort voederplank in een te timmeren. In deze gure winterdagen zijn onze gedachten immers bij de viervoeters, de tweepoters en de gevleugelden.
In de supermarkt schafte ik me enkele vetbollen aan én samen met de restjes brood, spek en kaas van het ontbijt gaf ik het een plaats in onze tuin.


's Ochtends vroeg, dus nog voor het krieken van de dag, werd de volledige familie gewekt. Na een vlug humeurvol ontbijt werden de taken verdeeld.
Zoonlief kreeg een plaats in de bureau. Het venster gaf daar mooi uitzicht op de bijna rotte berk. De ideale plaats om een spechtachtige naar toe te lokken.
Dochterlief moest de dag doorbrengen op de slaapkamer, gelegen op het eerste verdiep. Een ideale plaats om vogels die niet bij de grond willen vertoeven, te bespeuren.
Vrouwlief vond dan de serre de geschikte plaats daar ze rechtstreeks en goed zicht gaf op de voederplank (die al een beetje scheefgezakt was, door de felle windstoten).
Ikzelf wou geen enkele uitdaging uit de weg gaan én verschanste me achter de dikke beuk. Gewapend met verrekijker. In de barre kou.

Een gezin moet er echter wat voor overhebben om samen met vele andere natuurliefhebbers actief mee te doen aan de telling van de tuinvogels in Vlaanderen.

Ondertussen waren we al 7 uur in de weer om geconcentreerd al wat in onze tuin beweegt, te registeren op de waarnemingsformulieren die we van het internet geplukt hadden. De balans was eerder zwakjes. We zagen we enkel de rosse kat van de buren, twee mussen, drie onidentificeerbare kevers én een vlucht duiven waarmee onze buurman hoopt prijzen te winnen.

Mijn ogen vielen bijna toe. Toch hoopte ik nog eens oog in oog te staan met een Turkse tortel, een staartmees of een kauw.

Vóór mij maken twee grijze mussen ruzie over het brokje eten op de plank.
Door hun gefladder raakt de voederplank in onevenwicht.
Eén mus raakt verpletterd. Ik noteer het alvast op mijn papieren.
Dat noemen ze dan iemand blij maken met een dooie mus."

4 Reacties

At maandag, februari 28, 2005, Anonymous Anoniem said...

Van bij welke doe-het-zelver kwam het materiaal?

 
At woensdag, maart 02, 2005, Anonymous Anoniem said...

Bart, vroeger hebt u steeds beloofd dat u vroeg of laat een boek zou schrijven. (De kandelaar, weet je nog?) Je bent goed op weg. Ik heb al een beetje gelezen en je bent inderdaad nog steeds een goede schrijver. Gefeliciteerd.

Marc

 
At woensdag, maart 02, 2005, Anonymous Anoniem said...

Ik kom hier via Sine Metu aangewaaid. Graag gelezen.

Die tuinvogeltellers mag je anders ook even doorgeven dat er hier twee dagen geleden in de achtertuin een groene specht rondhuppelde. Een groene specht, jawel! Jaloers?
;-)

 
At vrijdag, juli 21, 2006, Anonymous Anoniem said...

Ach ja, in de warmte even naar Februari gereisd.
Ik heb het genoegen om in de winter regelmatig staartmezen te mogen aanschouwen. gezellige beestjes.
zoals Noco de Haan zegt, je joort ze eerder dan je ze ziet.

En over de waarheid op blogs: Niets is wat het lijkt en zelfs dat niet, maar wat doet dat ertoe.

 

Een reactie posten

<< Home